In het midden van de negentiende eeuw werd er begonnen met de ontginning van de Peel.
Door pioniers werden nederzettingen "gebouwd", soms op initiatief van particulieren, van de rijksoverheid of van gemeentes.
Het dorp zou er zonder de rijksvoorschotten onder bewind van Ir. Hendrik Albert van Ijsselsteyn, landbouwminister van 1918 tot 1922, nooit zijn gekomen.
Met die gelden gingen een ontginningcommissie en het Gemeentelijk Ontginningsbedrijf aan de slag.
Onder leiding van burg. Thijssen (1863-1954) vestigen zich enkele jaren later een twintigtal boeren in wat dan nog Terraveen heet.
Terraveen was een dorp dat als ideaalbeeld op de tekentafel is ontstaan. Het omvatte een rechthoekige dorpsplattegrond met in het centrum een eveneens rechthoekig plein, afzijdig van doorgaand verkeer.
Terraveen week niet alleen af van dit ideaal, maar ook van de oorspronkelijke plannen van de Nederlandsche Heidemaatschappij. Hierbij werd uitgegaan van een pleinachtige structuur met aan de zuidzijde van Terraveen een gebogen wegenstructuur.
Geldgebrek dwong tot een eenvoudiger opzet met een kerk, pastorie en scholen langs de Oudedijk bij de splitsing met de Beukenlaan, en een veel rechter stratenplan.
De boeren mochten hun gebouwen bouwen en inrichten volgens eigen ideeën.
Later werden een aantal van deze woningen op bevel van de Duitse bezetters gesloopt voor de aanleg van de vliegbasis Volkel.
De naamsverandering van het dorp is het gevolg van de kerkelijke organisatie. De zielezorg voor Terraveen kwam namelijk in handen van de Kruisheren, die er een rectoraat stichtte en een noodkerk (1930) en kerk (1959) bouwde.
De beschermheilige van de Kruisheren is de heilige Odilia en dus werd zij patrones van de nieuwe dorpsgemeenschap.
Op 5 mei 1930 besloot de gemeenteraad dat het nieuw ontgonnen gebied de naam Odiliapeel kreeg.
De naamsverandering van Terraveen in Odiliapeel was een feit.
Odiliapeel telt op dit moment ongeveer 2000 inwoners, die met elkaar een bloeiend verenigingsleven in stand houden.
Tijdens de carnavalstijd heet Odiliapeel "Schaopenwaesersland" en de inwoners zijn "schaopenwaesers" (schapenwassers) en "schaopenwaeserinnekes".
Deze naam verwijst naar de periode van voor de ontginning van de Peelsche Heide en het onstaan van Odiliapeel.
De uitgestrekte Peelvlakte wordt dan voornamelijk bezocht door herders die hier hun schapen hoeden en in de vennetjes, in de tijd van het scheren, hun schapen wassen.
Aan de zuidkant van Odiliapeel is zeer mooi bosgebied van 130 ha. Dit bosgebied staat bekend als Boscomplex Odiliapeel en is eigendom van de gemeente Uden.
Het is een gemengd ontginningsbos, waarin men tal van boomsoorten (o.a. beuken en eiken) heeft geplant.
In het bos zijn ook nog overblijfselen van de activiteiten van de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog aanwezig.
Er kan genoeg gewandeld worden in het bos, want er zijn diverse wandelpaden uitgezet.
Bezienswaardigheden in Odiliapeel:
1. De kerk van de Heilige Kruisvinding.
Ontworpen door Jan de Jong (1917-2001) volgens de filosofie van de Bossche School en gebouwd in 1959.
In 2000 is er een orgel geplaatst afkomstig uit Alphen aan den Rijn en sinds 2007 verrijkt met een drieluik van Hugo Brouwer en een
tabernakel, afkomstig uit de gesloopte Andrieskerk in Nuenen.
2. Het oorlogsmonument met daarin 3 natuurstenen plaquettes.
Op de middelste plaquette staat de regimentsaanduiding van het 2e bataljon van de 2e Regiment Infanterie
(II.2.R.I.).
Op de linker- en rechterplaquette staan ieder negen namen van de, in de meidagen van 1940, gevallen militairen.
3. De Sint Odiliakapel.
In 1995 gesticht door enkele inwoners van Odiliapeel.
4. "De Schaopenwaeser".
Een beeld, gemaakt door Gerrit Jacobs, aangeboden aan de carnavalsvereniging door de
ereleden van de carnavalsvereniging.
Het beeld is te bezichtigen op het Terraveenplein nabij de kiosk.
Jaarlijks wordt er Schapendag - in het tweede weekend van juli - gehouden. Dit is een grote braderie, waar ook volop oude beroepen worden gedemonstreerd, zoals bijvoorbeeld het schaapscheren, wolspinnen, pottenbakken, rietvlechten, enz.
Elk jaar mag deze braderie zich weer verheugen op grote bezoekersaantallen.